De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden stilzwijgend goedgekeurd.
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de Algemeen Directeur opgesteld. Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de Gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend.
De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden stilzwijgend goedgekeurd.
De Gemeenteraad bekrachtigt het politiebesluit van de Burgemeester van 18 november 2021 inzake lokale aanvullende maatregelen in functie van de bestrijding van de Covid-19 crisis (vergaderingen van de Gemeenteraad, de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, het Schepencollege en het Vast Bureau).
De Burgemeester besliste op 18 november 2021 om de vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18 november 2021 te annuleren en uit te stellen naar een latere zitting.
De Burgemeester besliste ook om de uitgestelde Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18 november 2021 en de voorziene vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 16 december 2021 te laten plaatsvinden in Zaal voor Sport en Spel. Indien er zich op dat moment echter raadsleden in quarantaine/isolatie bevinden, zullen deze vergaderingen op digitale wijze of hybride doorgaan in de Zaal voor Sport en Spel.
De Burgemeester besliste om de zittingen van het College van Burgemeester en Schepenen en het Vast Bureau van 18 november 2021 en van 25 november 2021 hybride of digitaal te organiseren.
De richtlijnen inzake hygiëne en social distancing dienen bij elke vergadering in acht genomen te worden.
Dit politiebesluit dient door de Gemeenteraad te worden bekrachtigd.
Enig artikel:
De Gemeenteraad bekrachtigt het politiebesluit van de Burgemeester van 18 november 2021 inzake lokale aanvullende maatregelen in functie van de bestrijding van de Covid-19 crisis (vergaderingen van de Gemeenteraad, de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, het Schepencollege en het Vast Bureau).
De Gemeenteraad bekrachtigt het politiebesluit van de Burgemeester van 22 november 2021 inzake lokale aanvullende maatregelen in functie van de bestrijding van de Covid-19 crisis (mondmaskerplicht).
De Burgemeester besliste op 22 november 2021 het navolgende omtrent mondmaskerdracht:
Het dragen van een mondmasker (mond-en neusbescherming) of elk ander alternatief in stof is verplicht voor alle personen vanaf 10 jaar (uitgezonderd om te drinken en te eten, te roken/vapen, neus te snuiten en te liplezen voor doven en slechthorenden): Op alle plaatsen aangeduid met een bord vanwege het gemeentebestuur waarop de mondmaskerplicht gesignaleerd wordt.
Dit politiebesluit dient door de Gemeenteraad te worden bekrachtigd.
Enig artikel:
De Gemeenteraad bekrachtigt het politiebesluit van de Burgemeester van 22 november 2021 inzake lokale aanvullende maatregelen in functie van de bestrijding van de Covid-19 crisis (mondmaskerplicht).
De Gemeenteraad neemt akte van de financiële verdeelsleutel die de jaarlijkse bijdrage van elke gemeente aan de Zone Midwest vastlegt en die door de zoneraad in zitting van 26 oktober 2021 voor de begroting 2022 werd herbevestigd. De Gemeenteraad gaat akkoord met de exploitatietoelage en de investeringstoelage aan de Zone Midwest voor 2022.
De zoneraad van de Zone Midwest keurde in zitting van dinsdag 26 oktober 2021 de begroting van de hulpverleningszone voor het financieel dienstjaar 2022 goed. De totale exploitatietoelage van alle gemeenten samen voor 2022 bedraagt € 7.373.874,00, de totale investeringstoelage voor 2022 bedraagt € 1.605.000,00 en de totale gemeentelijk gezamenlijke toelage voor 2022 bedraagt € 8.978.874.
De exploitatietoelage voor de gemeente Ruiselede wordt vastgesteld op € 111.795,50 en de investeringstoelage voor de gemeente Ruiselede wordt vastgesteld op € 33.223,50.
2022/GBB/0410-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN : exploitatie (werkingssubsidie) Brandweer
2022/GBB/0410-00/6640000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN : investeringssubsidie Brandweer
Artikel 1:
De Gemeenteraad neemt akte van de financiële verdeelsleutel die de jaarlijkse bijdrage van elke gemeente aan de Zone Midwest vastlegt en die door de zoneraad in zitting van 26 oktober 2021 voor de begroting 2022 werd herbevestigd.
Artikel 2:
De Gemeenteraad gaat akkoord met de exploitatietoelage aan de Zone Midwest voor 2022 die in de onderstaande tabel wordt weergegeven:
Gemeente |
Dotatie 2022 (in euro) |
Ardooie |
€ 268 254,50 |
Hooglede |
€ 302 293,50 |
Ingelmunster |
€ 220 018,50 |
Izegem |
€ 779 627,50 |
Lichtervelde |
€ 244 217,00 |
Meulebeke |
€ 272 729,50 |
Moorslede |
€ 294 529,00 |
Pittem |
€ 211 597,00 |
Roeselare |
€ 3 081 814,50 |
Ruiselede |
€ 111 795,50 |
Staden |
€ 301 505,50 |
Tielt |
€ 542 088,50 |
Wingene |
€ 378 186,50 |
Dentergem |
€ 184 938,50 |
Oostrozebeke |
€ 180 278,50 |
Totaal |
€ 7 373 874,00 |
Artikel 3:
De Gemeenteraad gaat akkoord met de investeringstoelage aan de Zone Midwest voor 2022 die in de onderstaande tabel wordt weergegeven:
Gemeente |
Dotatie 2022 (in euro) |
Ardooie |
€ 63 397,50 |
Hooglede |
€ 68 533,50 |
Ingelmunster |
€ 68 533, 50 |
Izegem |
€ 184 093,50 |
Lichtervelde |
€ 52 965,00 |
Meulebeke |
€ 70 780,50 |
Moorslede |
€ 64 842,00 |
Pittem |
€ 49 755,00 |
Roeselare |
€ 549 712,50 |
Ruiselede |
€ 33 223,50 |
Staden |
€ 71 422,50 |
Tielt |
€ 148 462,50 |
Wingene |
€ 90 361,50 |
Dentergem |
€ 45 100,50 |
Oostrozebeke |
€ 43 816,50 |
Totaal |
€ 1 605 000,00 |
Artikel 4:
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de voorzitter van de zoneraad van Zone Midwest, Kwadestraat 159 te 8800 Roeselare.
Artikel 5:
In uitvoering van artikel 285 van het Decreet Lokaal Bestuur wordt binnen de 10 dagen na het nemen van dit besluit, deze beslissing ter kennis gebracht van de Provinciegouverneur.
De gemeentelijke dotatie aan de Politiezone Regio Tielt wordt vastgesteld voor het jaar 2022.
Elke Gemeenteraad van de zone stemt de toelage die aan de Politiezone wordt overgemaakt. De gemeentelijke dotatie aan de Politiezone Regio Tielt werd vastgesteld op € 393.600,00 voor het jaar 2022.
2022/GBB/0400-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (werkingssubsidie) - € 343.413
2022/GBB/0400-00/6640000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN (investeringssubsidie) - € 50.187
Artikel 1:
De gemeentelijke dotatie aan de Politiezone Regio Tielt wordt conform de beslissing van het Politiecollege vastgesteld op € 393.600,00 voor het jaar 2022.
Artikel 2:
Een afschrift van dit besluit zal worden opgestuurd naar:
-de Dienst Financiën van het Vlaams Gewest – ABA West-Vlaanderen, Burg 4 te Brugge.
-dhr. Gouverneur, FAC Kamgebouw, Koning Albert I-laan 1/5 bus 6 te Brugge.
-de Lokale Politie – Politiezone Regio Tielt, Grote Hulststraat 6 te Tielt.
De Gemeenteraad stelt het belastingreglement inzake de algemene milieubelasting – aanslagjaren 2022-2026 - vast.
Het gemeentebestuur verzekert in het kader van haar milieubeleid diverse diensten (o.a. onderhoud van riolering en slikputten, bestrijding van schadelijke dieren).
Aldus zijn de kosten ten laste van de gemeente voor het milieubeheer in het algemeen, en voor de ophaling van huisvuil in het bijzonder, zeer aanzienlijk zodat het heffen van een milieubelasting opportuun is.
Gelet op de financiële toestand van het gemeentebestuur.
2022/GBB/0020-00/7332100/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
Met ingang van 1 januari 2022 en voor de duur van 5 jaar eindigend op 31 december 2026, wordt ten behoeve van de gemeente Ruiselede een algemene milieubelasting geheven.
Artikel 2:
De belasting is ten laste van elk gezin dat, als gewoon of tijdelijk verblijf in de gemeente, een woning betrekt in een straat, weg of een plein.
Artikel 3:
De belasting bedraagt € 62 per jaar en per gezin. Ze is hoofdelijk verschuldigd door de leden van ieder gezin ingeschreven in de bevolkingsregisters en werkelijk in de gemeente verblijvend op 1 januari van het belastingjaar. De inschrijving in de bevolkingsregisters is beslissend, tenzij andersluidend bewijs. Het gezin dat de gemeente als tweede of tijdelijk verblijf bewoont, is eveneens belastbaar. Onder gezin wordt verstaan, hetzij een persoon die gewoonlijk alleen leeft, hetzij een vereniging van twee of meer personen die - al dan niet door familiebanden gebonden - gewoonlijk eenzelfde woning of woongelegenheid betrekken en er samen leven.
Artikel 4:
De belasting wordt niet gevestigd op de onroerende goederen bestemd voor een dienst van openbaar nut, hetzij deze dienst al dan niet kosteloos wordt verstrekt, zelfs wanneer de goederen geen domeineigendom zijn of rechtstreeks of onrechtstreeks door de staat of door zijn aangestelden in huur worden genomen. Deze vrijstelling slaat evenwel niet op de delen van deze onroerende goederen, die door de aangestelden van de staat als privaatpersonen en voor hun persoonlijk gebruik worden betrokken.
Artikel 5:
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het Schepencollege.
Artikel 6:
De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 7:
De belastingschuldigde kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, Markt 1, Ruiselede. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag. Wanneer het bezwaar het herstel beoogt van een materiële vergissing of stoffelijke misslag, kan het nochtans geldig worden ingediend zolang de Gouverneur de dienstjaarrekening van het jaar van de belasting niet heeft goedgekeurd.
Artikel 8:
Verwijl- en moratoriumintresten zijn op de belasting toepasselijk zoals inzake Rijksbelastingen op de inkomsten.
Artikel 9:
Deze beslissing wordt als definitief aanzien indien gedurende het ingestelde onderzoek de commodo et incommodo geen bezwaren werden ingediend.
Artikel 10:
Dit reglement wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en via het digitaal loket aan de toezichthoudende overheid bezorgd.
De Gemeenteraad stelt het belastingreglement inzake het ontbreken van parkeerplaatsen – aanslagjaren 2022-2026 - vast.
Er is te weinig ruimte in het straatbeeld en de bouwheer moet extra gemotiveerd worden om zelf te voorzien in garages of parkeerruimte.
Bij het nemen van een besluit van een omgevingsvergunning wordt het belastingreglement op ontbreken van parkeerplaatsen afgetoetst en zo nodig wordt er melding gemaakt van het toepassingsgebied van dit reglement. Het aanleggen van parkeerplaatsen wordt omschreven in de omgevingsvergunning, rekening houdende met het ruimtegebruik, de bouwdichtheid, de visueel-vormelijke elementen en het materiaalgebruik.
Het huidige belastingreglement inzake het ontbreken van parkeerplaatsen vervalt op het einde van het jaar. Het is aangewezen om dit belastingreglement opnieuw vast te stellen voor de aanslagjaren 2022-2026.
Gelet op de financiële toestand van het gemeentebestuur.
2022/GBB/0020-00/7373000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
Met ingang van 1 januari 2022 en voor de duur van 5 jaar, eindigend op 31 december 2026 wordt een indirecte belasting gevestigd op het ontbreken van parkeerplaatsen bij het optrekken van nieuwe gebouwen en/of verbouwingswerken.
Artikel 2:
De belasting is verschuldigd door de houder van een na de invoering van dit reglement afgegeven omgevingsvergunning:
a/ die op grond van deze vergunning werd vrijgesteld van de verplichting één of meer van de in art. 5 voorgeschreven parkeerplaatsen aan te leggen;
b/ die één of meer van de in deze omgevingsvergunning begrepen parkeerplaatsen niet heeft aangelegd.
Artikel 3:
De belasting is verschuldigd één jaar nadat het hoofdgebouw onder dak staat, de ruwbouw van de verbouwingswerken beëindigd werd, of het gebouw, eventueel gedeeltelijk, wordt bewoond of gebruikt.
Artikel 4:
§ 1 : Onder parkeerplaats wordt verstaan hetzij een gesloten garage, hetzij een standplaats in een gesloten ruimte of in de open lucht, daartoe speciaal aangelegd en uitgerust en als dusdanig erkend door het Schepencollege. Een garage moet tenminste 3 m breed, 5,50 m lang en 1,80 m hoog zijn. Een standplaats bestaat uit een rechthoekig vlak van tenminste 3 m x 5,50 m. Ze moet rechtstreeks toegankelijk zijn langs een weg van minimum 7 m breedte als de standplaats een hoek van 90° vormt met die weg ; 5 m als een hoek van 60° gevormd wordt ; 4 m breedte als een hoek van 45° gevormd wordt en 3,50 m als een hoek van 30° gevormd wordt met die weg.
§ 2 : De parkeerplaatsen moeten worden aangelegd hetzij op het bouwperceel zelf waarop het hoofdgebouw zal komen, hetzij op een perceel gelegen binnen een omtrek van 400 m te rekenen van de omtrek van dit bouwperceel.
§ 3 : Onder "aanleggen" van een parkeerplaats wordt verstaan :
a/ het bouwen van een nieuwe parkeerplaats ;
b/ het in eigendom bezitten of huren van een bestaande parkeerplaats, die niet meer dan 10 jaar voor de datum van de in art. 2 bedoelde omgevingsvergunning werd gebouwd. De huurovereenkomst dient te worden geregistreerd. De in litt. b/ bedoelde parkeerplaats mag niet reeds in aanmerking genomen geweest zijn voor het bekomen van een andere omgevingsvergunning.
Artikel 5:
Het aantal aan te leggen parkeerplaatsen wordt als volgt bepaald :
1. woongebouwen :
nieuwbouw : voor een woning van minder dan 150m² vloeroppervlakte : één parkeerplaats per woning ; voor woningen van 150m² vloeroppervlakte of meer : een parkeerplaats per 150m² of bijkomend gedeelte van 150m².
De vloeroppervlakte wordt per bouwlaag gemeten, met inbegrip van de buitenmuren, verminderd met de oppervlakte van kelders, zolders, garages. Voor complexen van sociale woningen gebouwd door intercommunale verenigingen, erkende maatschappijen, en voor woningen gebouwd overeenkomstig de door de Gewestelijke Overheid opgelegde voorwaarden met het oog op het toekennen van premies voor de bouw van sociale woningen door het privaat initiatief, volstaat dat 60 % van het aantal parkeerplaatsen effectief wordt aangelegd, terwijl evenwel de oppervlakte voor de overige 40 % moet worden gereserveerd, en dit niet ten koste van de groenstroken. Bij gebouwencomplexen voor bejaarden, door intercommunale verenigingen, bouwmaatschappijen enz. ..., volstaat één parkeerplaats per 3 woningen.
verbouwingswerken : indien bijkomende woongelegenheden ontstaan : dezelfde regels als voor nieuwbouw voor elke nieuw geschapen woning. Indien dit niet het geval is :een parkeerplaats meer voor elke bestaande woongelegenheid waarvan de oppervlakte met ten minste 50 m² wordt vergroot.
2. Handelsgebouwen : het betreft de winkels en warenhuizen, voor groot- en kleinhandel, alsook de restaurants, cafés en dergelijke.
Nieuwbouw : één parkeerplaats per schijf van 50m² vloeroppervlakte.
Verbouwingswerken : een parkeerplaats meer telkens de vloeroppervlakte vergroot met een schijf van 50m².
3. Industriële- en ambachtelijke gebouwen :
Nieuwbouw : één parkeerplaats per schijf van 10 tewerkgestelde personen of per schijf van 100m² bedrijfsoppervlakte.
Verbouwing : één parkeerplaats meer per schijf van 10 bijkomende tewerkgestelde personen of per schijf van 100m² bijkomende bedrijfsoppervlakte.
4. Kantoorgebouwen :
Nieuwbouw : één parkeerplaats per schijf van 50m² vloeroppervlakte.
Verbouwing : één parkeerplaats meer per schijf van 50m² bijkomende vloeroppervlakte.
5. Autoherstelplaatsen : één parkeerplaats per schijf van 50m² vloeroppervlakte. Verbouwing : één parkeerplaats meer per schijf van 50m² bijkomende vloeroppervlakte.
6. Hotels : één parkeerplaats per schijf van 3 hotelkamers.
Verbouwing : één parkeerplaats meer per schijf van 3 bijkomende hotelkamers.
7. Schouwburgen, bioscopen : 1 parkeerplaats per schijf van 10 zitplaatsen.
Verbouwing : 1 parkeerplaats meer per schijf van 10 bijkomende zitplaatsen.
8. Ziekenhuizen, klinieken, serviceflats en rustoorden : 1 parkeerplaats per schijf van 4 bedden.
Verbouwing : 1 parkeerplaats meer per schijf van 4 bijkomende bedden.
9. Onderwijsinrichtingen : het aantal parkeerplaatsen wordt berekend door het aantal gewone klaslokalen te vermenigvuldigen met één der volgende coëfficiënten :
Type onderwijsinrichting : Coëfficiënt :
Kleuter- en lager onderwijs 1
Secundaire scholen 2
Hoger niet-universitair onderwijs 4
Zelfde normen gelden bij verbouwingswerken. Door gewone klaslokalen wordt verstaan de lokalen waarin het algemeen onderricht wordt gegeven (dus niet laboratoria, gymnastiekzalen enz. ...)
10. Het aantal schijven, zoals bedoeld in artikel 5, wordt bekomen door de totale hoeveelheid te delen door de hoeveelheid per schijf.
Indien de rest van die deling gelijk is aan of meer bedraagt dan de helft van een schijf, wordt zij als een volle schijf aangerekend, zoniet wordt zij verwaarloosd.
Artikel 6:
De kohierbelasting wordt vastgesteld op € 2.500 per ontbrekende parkeerplaats.
Artikel 7:
De belasting wordt ingevorderd volgens de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de gemeentebelastingen.
Artikel 8:
§ 1 : De vaststelling dat het gebouw onder dak staat, dat de ruwbouw van de verbouwingswerken beëindigd is of dat het gebouw eventueel gedeeltelijk bewoond of gebruikt wordt, geschiedt door de daartoe aangestelde beambte van het gemeentebestuur door middel van een proces-verbaal, waarin tevens het werkelijk aantal ontbrekende parkeerplaatsen op het ogenblik van de vaststelling wordt vermeld. Dit proces-verbaal wordt aan de belastingplichtige toegestuurd, die vanaf de datum van ontvangst over één jaar beschikt om eventueel het aantal parkeerplaatsen aan te vullen. Na het verstrijken van de termijn van één jaar wordt een tweede vaststelling gedaan en wordt in een definitief proces-verbaal het aantal ontbrekende parkeerplaatsen en de verschuldigde belasting vastgesteld.
§ 2 : De betaling van de belasting geschiedt binnen de 2 maanden na de aflevering van het betalingsbericht aan de belastingplichtige.
Artikel 9:
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het Schepencollege.
Artikel 10:
Dit reglement wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en via het digitaal loket aan de toezichthoudende overheid bezorgd.
De Gemeenteraad stelt het belastingreglement op de bedrijven – aanslagjaren 2022-2026 - vast.
Het huidige belastingreglement op de bedrijven vervalt op het einde van het jaar. Het is aangewezen om dit belastingreglement opnieuw vast te stellen voor de aanslagjaren 2022-2026.
Het betreft een algemene belasting geheven ten laste van de natuurlijke personen en de rechtspersonen die op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente hetzij een handels-, nijverheids-, land- en tuinbouwbedrijf exploiteren, hetzij er een vrij beroep of zelfstandige activiteit uitoefenen.
Gelet op de financiële toestand van het gemeentebestuur.
2022/GBB/0020-00/7340000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
Voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2026 wordt er ten gunste van de gemeente Ruiselede, een algemene belasting geheven ten laste van de natuurlijke personen en de rechtspersonen die op 1 januari van het aanslagjaar op het grondgebied van de gemeente hetzij een handels-, nijverheids-, land- en tuinbouwbedrijf exploiteren, hetzij er een vrij beroep of zelfstandige activiteit uitoefenen.
Artikel 2:
De belasting wordt berekend en gevestigd per afzonderlijke activiteitskern of bedrijfsvestiging op het grondgebied van de gemeente Ruiselede.
Artikel 3:
Het bedrag van de belasting wordt op basis van de belastbare oppervlakte per 1 januari van het aanslagjaar vastgesteld op € 0,10 per vierkante meter, met een minimum van € 80.
Artikel 4:
Als belastbare oppervlakte komt in aanmerking: de totale oppervlakte zowel bebouwde als onbebouwde, die voor de uitoefening van de beroepsactiviteit of voor de bedrijfsuitbating wordt gebruikt of hiervoor noodzakelijk is, alsmede de oppervlakte van de aanliggende terreinen met inbegrip van alle aanhorigheden die een functionele band hebben met de uitoefening van de beroepsactiviteit of met de bedrijfsuitbating.
Komt niet in aanmerking en dient dienvolgens niet aangegeven te worden:
a. voor alle bedrijven: de oppervlakte van groenzones, en/of braakliggende grond
b. bovendien voor land- en/of tuinbouwbedrijven: de oppervlakte van hofplaatsen, weilanden en cultuurgronden, en de serres
Alle belastingplichtigen worden geacht over een belastbare activiteitskern of bedrijfsvestiging te beschikken waarvoor minstens de minimumbelasting verschuldigd is.
Artikel 5:
De belasting is ondeelbaar verschuldigd voor het hele jaar.
De stopzetting of de vermindering van de activiteit in de loop van het aanslagjaar, evenals de vermindering van de oppervlakte tijdens dezelfde periode, geven geen aanleiding tot enige belastingvermindering.
Artikel 6:
De belasting is niet verschuldigd door de rechtspersonen bedoeld in artikelen 180-182 van het wetboek van inkomstenbelastingen.
Artikel 7:
De belasting wordt geheven en berekend op basis van de gegevens van het belastingkohier inzake de provinciale belastingsverordening op bedrijven zonder dat er voor de bedrijven een afzonderlijke aangifteplicht is.
Belastingplichtigen die geen aanslagbiljet ontvingen, zijn er evenwel toe gehouden voor 31 december van het aanslagjaar bij het gemeentebestuur de nodige aangifteformulieren aan te vragen.
Artikel 8:
Bij gebreke van een aangifte, of bij onvolledige, onjuiste, of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop deze aanslag is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen vanaf de derde werkdag, volgend op de datum van verzending en van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Artikel 9:
De overeenkomstig artikel 8 van huidig besluit ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.
Artikel 10:
De belasting wordt ingevorderd bij middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 11:
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek van toepassing voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 12:
De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting en de eventuele verhoging indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente.
Het bezwaar moet worden gemotiveerd en schriftelijk worden ingediend.
De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Wanneer het bezwaar het herstel beoogt van een materiële vergissing, kan het nochtans geldig worden ingediend zolang de gouverneur de dienstjaarrekening van het jaar van de belasting niet heeft goedgekeurd.
Van het bezwaarschrift wordt er een ontvangstbewijs afgegeven.
Artikel 13:
Dit reglement wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en via het digitaal loket aan de toezichthoudende overheid bezorgd.
De Gemeenteraad stelt het belastingreglement op de niet-gebouwde percelen, gelegen in een niet-vervallen verkaveling – aanslagjaren 2022-2026 - vast.
Artikel 3.2.5. § 1. van het het Grond- en Pandendecreet bepaalt dat Gemeenten potentiële woonlocaties vrijmaken en grondspeculatie tegengaan.
Met dat oogmerk zijn de gemeenteraden gemachtigd tot het heffen van een jaarlijkse belasting, geheven op onbebouwde bouwgronden in woongebied of onbebouwde kavels, rekening houdend met volgende minimale regelen :
1° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per strekkende meter lengte van de bouwgrond of kavel palende aan de openbare weg, bedraagt de heffing ten minste 12,50 euro per strekkende meter;
2° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, bedraagt de heffing ten minste 0,25 euro per vierkante meter;
3° in elk geval geldt een minimale aanslag van 125 euro per bouwgrond of kavel.
Artikel 3.2.5. § 2. bepaalt dat de bedragen, vermeld in § 1, tweede lid, gekoppeld zijn aan de evolutie van de ABEX-index en stemmen overeen met de index van november 2008. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het ABEX-indexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.
In het huidige reglement werd de jaarlijkse verplichte indexering niet uitgevoerd. Op advies van het Agentschap Binnenlands Bestuur (toezichthoudende overheid) wordt in het nieuwe reglement 2022-2026 bij artikel 5 een zinsnede ingevoegd die de jaarlijkse automatische indexering van het tarief mogelijk maakt.
Het huidige belastingreglement op de niet-gebouwde percelen, gelegen in een niet-vervallen verkaveling, vervalt op het einde van het jaar. Het is aangewezen om dit belastingreglement opnieuw vast te stellen voor de aanslagjaren 2022-2026.
Gelet op de financiële toestand van het gemeentebestuur.
2022/GBB/0020-00/7372000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
Er wordt voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2026 een directe en jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de niet-gebouwde percelen, begrepen in een niet-vervallen verkaveling.
Als niet-gebouwd perceel wordt beschouwd elk perceel, als zodanig vermeld in de verkavelingvergunning, waarop de oprichting van een voor bewoning bestemd gebouw niet is aangevat op 1 januari van het aanslagjaar.
Artikel 2:
De belasting is verschuldigd door de eigenaar op 1 januari van het belastingjaar; in geval van overdracht onder levenden, wordt de hoedanigheid van de eigenaar beoordeeld op de datum van de authentieke akte tot vaststelling van de overdracht. In geval van mede-eigendom, is iedere mede-eigenaar belastingschuldig voor zijn wettelijk deel.
Artikel 3:
Met betrekking tot de percelen begrepen in verkavelingen waarvoor voor de eerste maal een verkavelingvergunning werd of wordt afgegeven, is de belasting toepasselijk:
- vanaf 1 januari van het tweede jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning, wanneer de verkaveling geen werken omvat;
- vanaf 1 januari van het tweede jaar dat volgt op het einde van de voorgeschreven werken en lasten, in de andere gevallen; het einde van de werken wordt vastgesteld door het College van Burgemeester en Schepenen.
Wanneer echter de werken door de verkavelaar worden uitgevoerd, geldt de vrijstelling maximaal drie jaar vanaf het jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning.
Wanneer de verkaveling in fasen mag worden uitgevoerd, zijn de bepalingen van dit artikel “mutatis mutandis” op de kavels van elke fase van toepassing.
Artikel 4:
Van de belasting zijn vrijgesteld :
1. De eigenaars van één enkel onbebouwd perceel bij uitsluiting van enig ander onroerend goed. Deze vrijstelling geldt alleen maar gedurende de vijf kalenderjaren die volgen op de verwerving van het goed. Ze geldt gedurende de vijf aanslagjaren die volgen op de inwerkingtreding van de belastingverordening, indien het goed op dat tijdstip reeds verworven is.
2. De Vlaamse Huisvestingsmaatschappij en de door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij erkende sociale huisvestings-maatschappijen.
3. De verkavelaars, indien de verkavelingsvergunning geen werken omvat, en dit gedurende het jaar dat volgt op het jaar waarin de verkavelingsvergunning werd toegekend.
4. De verkavelaars, indien de verkavelingsvergunning werken omvat, en dit gedurende het jaar dat volgt op het jaar waarin het attest, bedoeld in artikel 4.2.16, §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, werd toegekend; bedoeld wordt het attest van het College van Burgemeester en Schepenen waaruit blijkt dat alle in de verkavelingsvergunning opgelegde voorwaarden en lasten zijn uitgevoerd of dat voor de uitvoering van de lasten een afdoende financiële waarborg is gestort in handen van de gemeenteontvanger of in zijn voordeel op onherroepelijke wijze door een bankinstelling is verleend;
5. De ouders met kinderen ten laste, beperkt tot één onbebouwd perceel per kind ten laste. Ook deze vrijstelling geldt alleen maar gedurende de vijf kalenderjaren die volgen op de verwerving van het goed. Zij geldt gedurende de vijf aanslagjaren die volgen op de inwerkingtreding van de belastingverordening, indien het goed op dat tijdstip reeds verworven is.
6. De percelen die ingevolge de bepalingen van de wet op de landpacht, niet voor bebouwing kunnen worden bestemd.
7. Eigenaars van niet-bebouwde percelen die gebruikt worden om te dienen als parkeerplaats van voertuigen ten algemene nutte, op voorwaarde dat deze eigenaars een schriftelijke overeenkomst sluiten met het gemeentebestuur waarin wordt bepaald dat bedoeld perceel als openbare parkeerplaats ter beschikking wordt gesteld.
Enkel de vrijstellingen die worden vermeld in dit reglement zijn van toepassing;
Artikel 5:
De belasting wordt vastgesteld op € 16,50 per strekkende meter lengte van het perceel palende aan een al dan niet verwezenlijkte weg die voorkomt in de verkavelingvergunning, met een minimum van € 250 per perceel, elk gedeelte van een meter wordt als een volle meter beschouwd. Het bedrag is gekoppeld aan de evolutie van de ABEX-index en stemt overeen met de index van november 2021. Het bedrag wordt jaarlijks op 1 januari aangepast aan het ABEX-indexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.
Wanneer een perceel aan verscheidene straten paalt, is de langste gevellengte langs één van deze straten de grondslag van de belastingberekening. Wanneer het perceel begrepen is in een afgesneden hoek, gevormd door twee openbare wegen, is de belastbare lengte gelijk aan de langste van de rechte gevellengten, vermeerderd met de helft van de afgesneden hoek.
Artikel 6:
De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 31 maart van het belastingjaar aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.
Artikel 7: Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het College aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending en van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Artikel 8: De overeenkomstig artikel 7 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting.
Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.
Artikel 9:
De belasting wordt ingevorderd bij wijze van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 10:
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.
De financieel directeur gaat na ontvangst van het kohier onverwijld over tot de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 11:
De belastingschuldige kan inzake de belasting en de eventueel opgelegde verhoging bezwaar indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente. Het bezwaarschrift moet gemotiveerd worden en schriftelijk worden ingediend.
De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstbewijs afgegeven.
Artikel 12:
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het huidige decreet, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek van toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 13:
Wanneer eenzelfde situatie aanleiding kan geven tot de toepassing van deze verordening en de belastingverordening op de niet-gebouwde gronden, gelegen in gebieden bestemd voor wonen van een behoorlijk goedgekeurd of vastgesteld plan van aanleg en palende aan een openbare weg die voldoende is uitgerust, is alleen onderhavige verordening van toepassing.
Artikel 14:
Dit reglement wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en via het digitaal loket aan de toezichthoudende overheid bezorgd.
De Gemeenteraad stelt het belastingreglement op de niet-gebouwde gronden, gelegen in gebieden bestemd voor wonen van een behoorlijk goedgekeurd of vastgesteld plan van aanleg en palende aan een voldoende uitgeruste openbare weg – aanslagjaren 2022-2026 - vast.
Artikel 3.2.5. § 1. van het het Grond- en Pandendecreet bepaalt dat Gemeenten potentiële woonlocaties vrijmaken en grondspeculatie tegengaan.
Met dat oogmerk zijn de gemeenteraden gemachtigd tot het heffen van een jaarlijkse belasting, geheven op onbebouwde bouwgronden in woongebied of onbebouwde kavels, rekening houdend met volgende minimale regelen :
1° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per strekkende meter lengte van de bouwgrond of kavel palende aan de openbare weg, bedraagt de heffing ten minste 12,50 euro per strekkende meter;
2° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, bedraagt de heffing ten minste 0,25 euro per vierkante meter;
3° in elk geval geldt een minimale aanslag van 125 euro per bouwgrond of kavel.
Artikel 3.2.5. § 2. bepaalt dat de bedragen, vermeld in § 1, tweede lid, gekoppeld zijn aan de evolutie van de ABEX-index en stemmen overeen met de index van november 2008. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan het ABEX-indexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.
In het huidige reglement werd de jaarlijkse verplichte indexering niet uitgevoerd. Op advies van het Agentschap Binnenlands Bestuur (toezichthoudende overheid) wordt in het nieuwe reglement 2022-2026 bij artikel 2 een zinsnede ingevoegd die de jaarlijkse automatische indexering van het tarief mogelijk maakt.
Het huidige belastingreglement op de niet-gebouwde gronden, gelegen in gebieden bestemd voor wonen van een behoorlijk goedgekeurd of vastgesteld plan van aanleg en palende aan een voldoende uitgeruste openbare weg, vervalt op het einde van het jaar. Het is aangewezen om dit belastingreglement opnieuw vast te stellen voor de aanslagjaren 2022-2026.
Gelet op de financiële toestand van het gemeentebestuur.
2022/GBB/0020-00/7372000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
Er wordt voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2026 een jaarlijkse rechtstreekse belasting geheven op de niet-gebouwde percelen, gelegen in gebieden bestemd voor wonen van een goedgekeurd of vastgesteld plan van aanleg en palende aan een openbare weg, die gelet op de plaatselijke toestand, voldoende is uitgerust.
Artikel 2:
De belasting wordt vastgesteld op € 16,50 per strekkende meter lengte van het perceel palende aan de straat, met een minimum van € 250 per perceel; elk gedeelte van een meter wordt als een volle meter beschouwd. Het bedrag is gekoppeld aan de evolutie van de ABEX-index en stemt overeen met de index van november 2021. Het bedrag wordt jaarlijks op 1 januari aangepast aan het ABEX-indexcijfer van de maand november die aan de aanpassing voorafgaat.
Wanneer een perceel aan verscheidene straten paalt, is de langste gevellengte langs één van deze straten de grondslag van de belastingsberekening. Wanneer het perceel begrepen is in een afgesneden hoek, gevormd door twee openbare wegen, is de belastbare lengte gelijk aan de langste van de rechte gevellengten, vermeerderd met de helft van de afgesneden hoek.
Artikel 3:
De belasting is verschuldigd door de eigenaar op 1 januari van het belastingjaar; in geval van overdracht onder levenden, wordt de hoedanigheid van de eigenaar beoordeeld op de datum van de authentieke akte tot vaststelling van de overdracht. In geval van mede-eigendom, is ieder mede-eigenaar belastingschuldig voor zijn wettelijk deel.
Artikel 4:
Van de belasting zijn vrijgesteld:
1.- de eigenaars van één enkele onbebouwd grond bij uitsluiting van enig andere onroerend goed (in België of in het buitenland);
2.- de ouders met kinderen ten laste, beperkt tot één onbebouwde grond per kind ten laste;
3.- de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij en de door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij erkende sociale huisvestingsmaatschappijen;
4.- de eigenaars van gronden waarop krachtens een overheidsbeslissing niet mag worden gebouwd, op bedrijventerreinen die door de overheid worden ontwikkeld, of op gronden die werkelijk voor land- of tuinbouw worden gebruikt.
5.- percelen die ingevolge de bepalingen van de wet op de landpacht, niet voor bebouwing kunnen worden bestemd.
6.- Eigenaars van niet-bebouwde percelen die gebruikt worden om te dienen als parkeerplaats van voertuigen ten algemene nutte, op voorwaarde dat deze eigenaars een schriftelijke overeenkomst sluiten met het gemeentebestuur waarin wordt bepaald dat bedoeld perceel als openbare parkeerplaats ter beschikking wordt gesteld.
De sub. 1 en 2 verleende vrijstelling geldt slechts gedurende vijf aanslagjaren die volgen op de verwerving van het goed of gedurende de vijf aanslagjaren die volgen op de eerste heffing van de belasting waarvoor deze verordening aangenomen werd, indien het goed op dat tijdstip reeds verworven is.
Enkel de vrijstellingen die worden vermeld in dit reglement zijn van toepassing;
Artikel 5: Een grond wordt als bebouwd beschouwd wanneer hij door de nieuwe eigenaar werd aangelegd in functie van zijn hoofdbestemming, namelijk ‘wonen’. Hieraan wordt geacht voldaan te zijn in volgend geval: Wanneer op de grond een woning is opgericht of wanneer op 1 januari van het aanslagjaar waarop de belasting slaat minstens de werken hiertoe werden aangevat.
Artikel 6:
Bij het vaststellen of het om één of meer gronden gaat, moeten dezelfde criteria gehanteerd worden als die welke de diensten van het kadaster gebruikt. Indien een eigenaar door een latere aanvullende verwerving aaneenliggende gronden in één geheel verenigt blijft de belasting verschuldigd.
Artikel 7:
De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, vóór de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 31 maart van het belastingjaar aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.
Artikel 8:
Bij gebreke van een aangifte, bij laattijdige aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting betekent het college aan de belastingplichtige per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending en van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Artikel 9:
De overeenkomstig artikel 8 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.
Artikel 10:
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaarverklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 11:
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De financieel directeur gaat na ontvangst van het kohier onverwijld over tot de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 12:
De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting en de eventueel opgelegde verhoging indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en schriftelijk worden ingediend. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Wanneer het bezwaar het herstel beoogt van een materiële vergissing of stoffelijke misslag kan het nochtans geldig worden ingediend zolang de Gouverneur de dienstjaarrekening van het jaar van de belasting niet heeft goedgekeurd.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstbewijs afgegeven.
De indiener van het bezwaar moet het bewijs niet leveren dat de belasting betaald is.
Artikel 13:
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het huidige decreet, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek van toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 14:
De kavels onderworpen aan de belasting op de niet-gebouwde percelen in een niet-vervallen verkaveling, komen niet in aanmerkingen voor de belasting op de niet-bebouwde gronden, gelegen in het woongebied en palende aan een openbare uitgeruste weg.
Artikel 15:
Dit reglement wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en via het digitaal loket aan de toezichthoudende overheid bezorgd.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze grondverwerving t.o.v. de Mandel van 3 percelen restgrond, gelegen Ommegangstraat zn., kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie C nrs. 219/M, 219/L en 202/A/3, goed.
In 2015 keurde de gemeenteraad de kosteloze grondaanwerving van diverse delen van de Ommegangstraat en het C.Verhaegheplein, ingericht als groenzone, t.o.v. de Mandel goed.
Recent stelde de Mandel vast dat er nog 3 restpercelen grond, met een totale oppervlakte van 8 a 66 ca, kadastraal gekend 1e afdeling sectie C nrs. 219M, 202/A/3 en 219L en ingericht als voetpad, groenzone en parkeerplaatsen niet werden overgedragen naar de gemeente.
In zittingen van 23 februari 2021 en 28 september 2021 besloot de Raad van bestuur van de Mandel om deze restpercelen kosteloos over te dragen naar de gemeente Ruiselede zodat de percelen kunnen opgenomen worden in het openbaar domein.
Door de afdeling Vastgoedtransacties werd een ontwerpakte opgemaakt van kosteloze grondafstand door de Mandel uit Roeselare aan de gemeente van 8 a 66 ca grond gelegen in de Ommegangstraat te Ruiselede, kadastraal gekend 1e afdeling sectie C nrs. 219M, 219L en 202/A/3.
Artikel 1:
De kosteloze grondverwerving t.o.v. de Mandel van 3 percelen restgrond, gelegen Ommegangstraat zn. te 8755 Ruiselede, kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie C nrs. 219/M, 219/L en 202/A/3, wordt goedgekeurd.
Artikel 2:
Het ontwerp van de akte, gevoegd als bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
Artikel 4:
De Hogere Overheid te verzoeken om deze verwerving van openbaar nut te verklaren.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat nr. 26 te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G ex nr. 782/E/3, met een oppervlakte van 71ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Brandstraat de dorpskern t.h.v. basisschool De Linde te herinrichten.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 14 er, van het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/E/3, een deel van 71 m² dient ingenomen te worden voor de inrichting van het openbaar domein.
Het in te nemen perceel van 71ca is heden ingericht als voetpad en parkeerstrook en zal opnieuw heraangelegd worden als voetpad.
Doordat het perceel reeds meer dan 30 jaar in gebruik genomen is als voetpad en onderhouden wordt door de gemeente, wordt aangenomen dat het perceel een openbaar karakter verkregen heeft.
Na onderhandelingen met de Heer Kristof Denolf, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om de grond kosteloos over te dragen aan de gemeente.
Op 7 juli 2021 werd door Zuster Christianne De Craene, vertegenwoordiger van het Vrij Katholiek Basisonderwijs Ruiselede, Pensionaatstraat 23 te 8755 Ruiselede een éénzijdige verkoopbelofte om niet ondertekend voor de kosteloze overdracht van 71 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/E/3.
Artikel 1:
De kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat nr. 26 te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G ex nr. 781/E/3, met een oppervlakte van 71ca, eigendom van het Vrij Katholiek Basisonderwijs Ruiselede, Pensionaatstraat 23 te 8755 Ruiselede, goed te keuren.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de verkoopbelofte om niet van 7 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
Artikel 4:
De Hogere Overheid te verzoeken om deze verwerving van openbaar nut te verklaren.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat 22+ te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G ex nr. 782/G/2, met een oppervlakte van 1a 89ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Brandstraat de dorpskern t.h.v. de Sint Carolus Kerk te herinrichten.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 16 er, van het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/G/2, een deel van 189 m² dient ingenomen te worden voor de inrichting van het openbaar domein.
Het in te nemen perceel van 1a 89ca is heden ingericht als voetpad en parkeerstrook en zal opnieuw heraangelegd worden als voetpad.
Doordat het perceel reeds meer dan 30 jaar in gebruik genomen is als voetpad en onderhouden wordt door de gemeente wordt aangenomen dat het perceel een openbaar karakter verkregen heeft.
Na onderhandelingen met de Heer Kristof Denolf, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om de grond kosteloos over te dragen aan de gemeente.
Op 15 juli 2021 werd door de vertegenwoordigers van de Kerkfabriek Sint Carolus te Doomkerke, Galgenstraat 6 te 8755 Ruiselede een éénzijdige verkoopbelofte om niet ondertekend voor de kosteloze overdracht van 189 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/G/2.
Artikel 1:
De kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat 22+ te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G ex nr. 781/G/2, met een oppervlakte van 1a 89ca, eigendom van de Kerkfabriek Sint Carolus te Doomkerke, Galgenstraat 6 te 8755 Ruiselede, goed te keuren.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de verkoopbelofte om niet van 15 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
Artikel 4:
De Hogere Overheid te verzoeken om deze verwerving van openbaar nut te verklaren.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat nr. 24 te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G nr. 782/A/3, met een oppervlakte van 76ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Brandstraat de dorpskern t.h.v. basisschool De Linde te herinrichten.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 15 er, van het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/E/3, een deel van 76 m² dient ingenomen te worden voor de inrichting van het openbaar domein.
Het in te nemen perceel van 76ca is heden ingericht als voetpad en parkeerstrook en zal opnieuw heraangelegd worden als voetpad.
Doordat het perceel reeds meer dan 30 jaar in gebruik genomen is als voetpad en onderhouden wordt door de gemeente, wordt aangenomen dat het perceel een openbaar karakter verkregen heeft.
Na onderhandelingen met de Heer Kristof Denolf, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om de grond kosteloos over te dragen aan de gemeente.
Op 7 juli 2021 werd door Zuster Christianne De Craene, vertegenwoordiger van het Vrij Katholiek Basisonderwijs Ruiselede, Pensionaatstraat 23 te 8755 Ruiselede - eigenaar volle eigendom - erfpachtgever- en de Zusters Onze Lieve Vrouw van 7 weeën Ruiselede, Bruggestraat 29 te 8755 Ruiselede - erfpachthouder - een éénzijdige verkoopbelofte om niet ondertekend voor de kosteloze overdracht van 76 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie G nr. 781/A/3.
Artikel 1:
De kosteloze overdracht van een perceel grond, gelegen Brandstraat nr. 24 te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie G ex nr. 781/A/3, met een oppervlakte van 76ca, eigendom van het Vrij Katholiek Basisonderwijs Ruiselede, Pensionaatstraat 23 te 8755 Ruiselede (volle eigenaar - erfpachtgever) en de Zusters Onze Lieve Vrouw van 7 weeën Ruiselede, Bruggestraat 29 te 8755 Ruiselede (erfpachthouder), goed te keuren.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de verkoopbelofte om niet van 7 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
Artikel 4:
De Hogere Overheid te verzoeken om deze verwerving van openbaar nut te verklaren.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze erfdienstbaarheid op een perceel grond, gelegen Planterijstraat ter hoogte van huisnummers 10 en 12 te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A ex nr. 280/V/2, met een oppervlakte van 1a 37ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Brandstraat/Bruggesteenweg tevens gescheiden riolering aan te leggen in de Planterijstraat.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 22 er, van het kadastraal perceel Sectie A ex nr. 280/V/2, een deel van 137 m² ondergronds dient ingenomen te worden voor de aanleg van gescheiden riolering.
Het ondergronds in te nemen perceel van 1a 37ca is heden ingericht als private uitweg voor de woningen Planterijstraat nummers 10 en 12 en zal na aanleg van de riolering opnieuw ingericht worden als private uitweg.
Na onderhandelingen met de Heer Dirk Dewitte, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om ten voordele van de gemeente Ruiselede een kosteloze erfdienstbaarbeid te vestigen op een deel van het kadastraal perceel Sectie A nr. 280/V/2.
Op 9 juli 2021 werd door de Mevrouw Marie Louise Lanckriet, wonende Gentse Veldstraat 6 te 8755 Ruiselede, een éénzijdige belofte tot het vestigen van een erfdienstbaarheid - met toelating tot inbezitneming van 137 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie A nr. 280/V/2, ondertekend.
Artikel 1:
De kosteloze vestiging van een erfdienstbaarheid op een perceel grond, gelegen Planterijstraat ter hoogte van huis nrs. 10 en 12 - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A ex nr. 280/V/2, met een oppervlakte van 1a 37ca, eigendom van mevrouw Marie Louise Lanckriet, wonende Gentse Veldstraat 6 te 8755 Ruiselede, goed te keuren.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de belofte tot vestiging van een erfdienstbaarheid - met toelating tot inbezitneming van 9 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
De Gemeenteraad keurt de kosteloze erfdienstbaarheid op een perceel grond, gelegen Planterijstraat nr. 10 te 8755 Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A ex nr. 280/S/2, met een oppervlakte van 9ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Brandstraat/Bruggesteenweg tevens gescheiden riolering aan te leggen in de Planterijstraat.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 24 er, van het kadastraal perceel Sectie A ex nr. 280/S/2, een deel van 9 m² ondergronds dient ingenomen te worden voor de aanleg van gescheiden riolering.
Het ondergronds in te nemen perceel van 9ca is heden ingericht als private uitweg voor de woning Planterijstraat nr. 10 en zal na de werken opnieuw ingericht worden als private uitweg.
Na onderhandelingen met de Heer Dirk Dewitte, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om ten voordele van de gemeente Ruiselede een kosteloze erfdienstbaarbeid te vestigen op een deel van het kadastraal perceel Sectie A nr. 280/S/2.
Op 16 juli 2021 werd door Mevrouw Mieke Geerits, wonende Brugseweg 1 bus 11 te 8900 Ieper, een éénzijdige belofte tot het vestigen van een erfdienstbaarheid - met toelating tot inbezitneming van 9 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie A nr. 280/S/2, ondertekend.
Artikel 1:
De kosteloze vestiging van een erfdienstbaarheid op een perceel grond, gelegen Planterijstraat nr. 10 - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A ex nr. 280/S/2, met een oppervlakte van 9ca, eigendom van mevrouw Mieke Geerits, wonende Brugseweg 1 bus 11 te 8900 Ieper, goed te keuren.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de belofte tot vestiging van een erfdienstbaarheid - met toelating tot inbezitneming van 16 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
De Gemeenteraad keurt de aankoop van een perceel grond, gelegen langs de Bruggesteenweg te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A exnr. 282/E/2, met een oppervlakte van 2a 27ca, goed.
De gemeente heeft de intentie om tijdens de uitvoering van riolerings-en wegeniswerken in de Bruggesteenweg/Brandstraat een fietspad aan te leggen in de Bruggesteenweg.
Teneinde de voorschriften en normen voor de aanleg van een fietspad te respecteren dient te worden overgegaan tot grondinname van een perceel weiland langs de Bruggesteenweg.
Uit het goedgekeurd grondinnemingsplan, op 28 juni 2019 opgemaakt door ontwerpbureau Plantec NV uit Oostende, blijkt dat voor inname 8 er, van het kadastraal perceel Sectie A ex nr. 282/E/2, een deel van 227 m² dient ingenomen te worden voor de aanleg van riolering/fietspad en 252 m² voor de inrichting van een tijdelijke werkzone.
Na onderhandelingen met de Heer Dirk Dewitte, onderhandelaar van de WVI, is de eigenaar bereid om de grond onderhands te verkopen.
Op 1 juli 2021 werd door de Heer Luc Rogge, bij sterkmaking voor de Heer Elias Rogge, beiden wonende Kruisbergstraat 38 te 8755 Ruiselede een éénzijdige verkoopbelofte ondertekend voor de verkoop van 227 m² grond uit het kadastraal perceel Sectie A nr. 282/E/2, mits de prijs van drieduizend zevenhonderd dertig euro (€ 3.730,00).
JBR 2021/GBB/0200-00/2200000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Het visum van de Financieel directeur van 5 november 2021
Artikel 1:
De aankoop van een perceel grond, gelegen langs de Bruggesteenweg te Ruiselede - kadastraal gekend: 1e afdeling Sectie A ex nr. 282/E/2, met een oppervlakte van 2a 27ca, eigendom van de Heer Elias Rogge, wonende Kruisbergstraat 38 te 87 Ruiselede, goed te keuren mits de som van € 3.730,00.
Artikel 2:
Alle bepalingen van de verkoopbelofte van 1 juli 2021 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Artikel 3:
De commissaris van de afdeling Vastgoedtransacties wordt gemachtigd om de authentieke akte namens de gemeente te ondertekenen.
Artikel 4:
De Hogere Overheid te verzoeken om deze verwerving van openbaar nut te verklaren.
De Gemeenteraad stelt na geheime stemming Mevr. Julie De Coster aan als plaatsvervangend vertegenwoordiger op de (Buitengewone) Algemene Vergaderingen van Gaselwest voor de periode van heden tot het einde van de gemeentelijke legislatuur.
De Gemeenteraad draagt na geheime stemming Dhr. Filip Verstuyft voor als kandidaat-lid voor het Regionaal Bestuurscomité (RBC) Centrum van de opdrachthoudende vereniging, vanaf heden tot aan de eerste Algemene Vergadering in het jaar 2025.
Dhr. Mattias Van de Steene die de gemeente Ruiselede in het Regionaal Bestuurscomité (RBC) Centrum vertegenwoordigde, nam op 7 oktober 2021 ontslag als Gemeenteraadslid en dient bijgevolg vervangen te worden.
Dhr. Filip Verstuyft is kandidaat om hem op te volgen als lid van het RBC Centrum, maar aangezien hij op 19 februari 2019 door de Gemeenteraad aangesteld werd als plaatsvervanger voor de algemene vergaderingen van Gaselwest en dit onverenigbaar is met het lidmaatschap in het RBC Centrum dient eerst een nieuwe plaatsvervanger in de algemene vergaderingen aangeduid te worden.
Gaat over tot de geheime stemming welke volgende uitslag geeft:
1ste stemronde
Plaatsvervanger algemene vergaderingen van Gaselwest
- Mevr. Julie De Coster bekomt 15 ja-stemmen
- Dhr. Filip Verstuyft bekomt 2 ja-stemmen
2de stemronde
Kandidaat-lid Regionaal Bestuurscomité (RBC) Centrum
- Dhr. Filip Verstuyft bekomt 17 ja-stemmen
Artikel 1:
Mevr. Julie De Coster, gemeenteraadslid, wonende Bruggestraat 72, 8755 Ruiselede (julie.decoster@ruiselede.be) aan te duiden als plaatsvervangend vertegenwoordiger op de (Buitengewone) Algemene Vergaderingen van Gaselwest voor de periode van heden tot het einde van de gemeentelijke legislatuur.
Artikel 2:
Dhr. Filip Verstuyft, gemeenteraadslid, wonende Aalterstraat 33, 8755 Ruiselede (filip.verstuyft@ruiselede.be) voor te dragen als kandidaat-lid voor het Regionaal Bestuurscomité (RBC) Centrum van de opdrachthoudende vereniging, vanaf heden tot aan de eerste Algemene Vergadering in het jaar 2025.
Artikel 3:
het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging Gaselwest.
Mevr. Julie De Coster wordt na geheime stemming aangeduid om de Gemeenteraad te vertegenwoordigen in de algemene vergaderingen van TMVS dv.
Dhr. Mattias Van de Steene diende op 7 oktober 2021 zijn ontslag in als gemeenteraadslid. Bijgevolg kan hij niet meer deelnemen aan de (buitengewone) algemene vergaderingen van de TMVS en dient er een nieuwe vertegenwoordiger aangeduid te worden.
Gaat over tot de geheime stemming welke volgende uitslag geeft:
Vertegenwoordiger Algemene Vergaderingen
- Mevr. Julie De Coster bekomt 17 ja-stemmen
Dhr. Marc De Muynck werd in zitting van 19 februari 2019 aangeduid als plaatsvervanger.
Artikel 1:
Mevr. Julie De Coster, gemeenteraadslid, wonende Bruggestraat 72, 8755 Ruiselede (julie.decoster@ruiselede.be) wordt aangeduid om de Gemeenteraad te vertegenwoordigen in de algemene vergaderingen van TMVS dv en wordt gevolmachtigd in naam van de Gemeenteraad deel te nemen aan al de beraadslagingen en stemmingen, alle notulen, de aanwezigheidslijst en andere documenten te tekenen, en in het algemeen alles te doen wat nodig is om de belangen van de (gemeente)raad te behartigen op deze vergaderingen.
Artikel 2:
Dhr. De Muynck Marc blijft naar aanleiding van de beslissing van 19 februari 2019 aangesteld als plaatsvervanger.
Artikel 3:
Indien de Gemeenteraad dit besluit niet herroept, blijft het geldig tot de eerstvolgende vernieuwing van de Gemeenteraad.
Een afschrift van dit besluit zal :
· hetzij per post t.a.v. FARYS | TMVW, Stropstraat 1 te 9000 Gent,
· hetzij per elektronische post, 20211214BAVTMVS@farys.be,
gestuurd worden als ook de persoonlijke gegevens zodat TMVS de vertegenwoordiger/ plaatsvervanger kan contacteren in verband met dit mandaat.
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agenda van de Buitengewone algemene vergadering van I.V.I.O. op 13 december 2021 en draagt de gemeentelijke vertegenwoordiger, die zal deelnemen aan deze vergadering, op om de punten van de agenda van de Buitengewone algemene vergadering van 13 december 2021 goed te keuren.
De gemeente werd per aangetekend schrijven van 13 oktober 2021 opgeroepen om deel te nemen aan de zitting van de Buitengewone algemene vergadering van I.V.I.O. op 13 december 2021 om 18u00.
Op de Buitengewone algemene vergadering van 13 december 2021 zullen volgende agendapunten behandeld worden:
1. Kennisname van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie in 2022
2. Goedkeuring begroting 2022
3. Varia
Ter verduidelijking in bijlage: krachtlijnen budget 2022, evolutie tonnages en budget 2022.
Artikel 1:
De gemeenteraad verleent zijn goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 13 december 2021 met volgende agendapunten:
Artikel 2:
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van 13 december 2021 zal zijn stemgedrag afstemmen op de beslissing genomen in onderhavig gemeenteraadsbesluit en de punten van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 13 december 2021 goedkeuren.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan I.V.I.O. Lodewijk de Raetlaan 12, 8870 Izegem.
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van Vivendo op 15 december 2021 en draagt de gemeentelijke vertegenwoordiger die zal deelnemen aan deze algemene vergadering op om de punten van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2021 goed te keuren.
De voorbereiding van de fusie tussen Vivendo en de Brugse Maatschappij voor Huisvesting is volop aan de gang.
Het fusievoorstel is ondertekend en neergelegd op de griffie van de Rechtbank van Koophandel.
Op 15 december 2021 wordt een Buitengewone Algemene Vergadering tot fusie georganiseerd waarna beide sociale huisvestingsmaatschappijen - na goedkeuring - onder naam Vivendo zullen verder werken.
Per brief van 8 november 2021 wordt de gemeente uitgenodigd naar de Buitengewone Algemene Vergadering der Vennoten op 15 december 2021, met navolgende agenda's en bijhorende stukken:
Agenda van de Buitengewone Algemene Vergaderingen van de 'Brugse Maatschappij voor Huisvesting' en 'Vivendo':
1. Kennisname en bespreking van het fusievoorstel, de jaarrekeningen en de verslagen van de commissaris en de bestuursorganen.
2. Afschaffing van het huidig onderscheid tussen de aandelen van de klasse A, B en C binnen de overnemende vennootschap Vivendo
3. Beslissing tot vervanging van de huidige 8.310 Vivendo-aandelen met een nominale waarde van €12,50 elk door 41.550 aandelen met een nominale waarde van €2,50 elk.
4. Fusiebesluit:
a. ontbinding zonder vereffening van de over te nemen vennootschap 'Brugse Maatschappij voor Huisvesting'
b. vermogensverhoging in de overnemende vennootschap 'Vivendo'
c. wijziging voorwerp - kennisname van het verslag van het bestuursorgaan met verantwoording nopens de aanpassing van de omschrijving van het voorwerp.
d. vaststelling van de eigendomsoverdracht en bijhorende verwezenlijking van de inbreng in natura van het vermogen van de 'Brugse Maatschappij voor Huisvesting' op
'Vivendo'
e. boekhoudkundige verwerking
5. Ontslag van en kwijting aan de bestuurders van de Brugse Maatschappij voor Huisvesting en Vivendo
6. Benoeming bestuursorgaan van de nieuwe gefuseerde vennootschap
7. Machtiging aan het bestuursorgaan van Vivendo tot uitvoering van de genomen besluiten, opdracht en volmacht aan de notaris tot neerlegging en coördinatie van de
statuten van de overnemende vennootschap en benoeming tot een bijzondere gevolmachtigde om alle formaliteiten inzake inschrijving, wijziging of stopzetting bij het
ondernemingsloket en de Kruispuntbank van Ondernemingen alsmede bij de administratie voor de B.T.W. te vervullen en te dien einde ook alle hoe genaamde stukken en
akten te tekenen.
Agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de gefuseerde vennootschap Vivendo
1. Aanpassing statuten
2. Aanpassing van de rechtsvorm en het kapitaal van de vennootschap aan het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, en beslissing om de statutair onbeschikbare
eigen vermogensrekening te schrappen uit de statuten.
3. Verplaatsing van de zetel
4. Aannemen van volledig nieuwe statuten
5. Machtiging aan het bestuursorgaan tot uitvoering van de beslissingen genomen door de algemene vergadering en aan notaris Filip Maertens te Brugge om de nodige
formaliteiten te vervullen en de statuten te coördineren in overeenstemming met de genomen beslissingen.
Artikel 1:
Goedkeuring wordt verleend aan de agendapunten van de Buitengewone Algemene Vergadering van Vivendo op 15 december 2021.
Artikel 2:
De aangeduide vertegenwoordiger/plaatsvervangend vertegenwoordiger wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op deze beslissing en als dusdanig de op de agenda geplaatste punten van de Buitengewone Algemene Vergadering van Vivendo op 15 december 2021, waarvoor een beslissing moet genomen worden, goed te keuren.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan Vivendo, Magdalenastraat 20 bus 1, 8200 Sint-Andries.
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van de WVI op 15 december 2021 en draagt de gemeentelijke vertegenwoordiger die zal deelnemen aan deze algemene vergadering op om de punten van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2021 goed te keuren.
De gemeente werd per aangetekend schrijven van 28 oktober 2021 door WVI uitgenodigd naar de Buitengewone Algemene Vergadering op 15 december 2021 om 18u30.
Volgende agendapunten zullen op deze vergadering besproken worden:
1. Goedkeuring verslag van de Algemene Vergadering dd. 16 juni 2021
2. Begroting 2022
3. Kennisneming ontslag 2 bestuurders: Mevr. Rita Demaré (Hooglede) en dhr. Dirk Verwilst (Meulebeke)
4. Benoeming 2 bestuurders
5. Akteneming van de gemeenteraadsbeslissingen houdende aanduiding leden met raadgevende stem in de raad van bestuur en bepaling van de rangorde
6. Mededelingen
Artikel1:
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agendapunten van de Buitengewone Algemene Vergadering van de WVI op 15 december 2021.
Artikel 2:
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de Buitengewone Algemene vergadering wordt opgedragen om zijn stemgedrag af te stemmen op deze beslissing en alsdusdanig de op de agenda geplaatste punten van de Buitengewone Algemene vergadering van de WVI op 15 december 2021 goed te keuren.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt overgemaakt aan de WVI, Baron Ruzettelaan 35, 8310 Brugge.
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agenda van de algemene vergadering van CIPAL dv op 16 december 2021 en draagt de gemeentelijke vertegenwoordiger die zal deelnemen aan deze algemene vergadering op om de punten van de agenda van de algemene vergadering van 16 december 2021 goed te keuren.
De gemeente werd opgeroepen om deel te nemen aan de zitting van de Algemene Vergadering van Cipal van 16 december 2021 met de volgende agendapunten:
1. Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s)
2. Bespreking en goedkeuring van de begroting voor het boekjaar 2022
3. Toekenning dubbel presentiegeld aan voorzitter raad van bestuur
4. Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering
Artikel 1:
Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene vergadering van Cipal van 16 december 2021 goedgekeurd.
Artikel 2:
De vertegenwoordiger van de gemeente wordt gemandateerd om op de algemene vergadering van Cipal van 16 december 2021 te handelen en te beslissen conform dit besluit. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger van de gemeente gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.
Artikel 3:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavig besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Cipal.
De Gemeenteraad verleent goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van TMVW ov op 17 december 2021 en draagt de gemeentelijke vertegenwoordiger die zal deelnemen aan deze algemene vergadering op om de punten van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2021 goed te keuren.
De gemeente Ruiselede is aangesloten bij de TMVW ov. De gemeente werd per aangetekend schrijven van 13 oktober 2021 opgeroepen om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van TMVW ov. die op 17 december 2021 plaatsheeft. Een dossier met documentatiestukken werd aan de gemeente per brief van 13 oktober 2021 overgemaakt.
Artikel 1:
De Gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de buitengewone algemene vergadering TMVW ov van 17 december 2021 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
1. Wijzigingen in deelnemers en/of kapitaal
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge wijzigingen in deelnemers en/of kapitaal
3. Evaluatie 2021, te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie 2022 (cfr. DLB, artikel 432)
4. Begroting 2022 (cfr. artikel 432 DLB )
5. Samenwerkingsverband De Watergroep – FARYS (artikel 472 DLB)
6. Actualisering presentievergoeding ingevolge indexaanpassing
7. Statutaire benoemingen
Varia
Artikel 2:
De Gemeenteraad draagt de aangeduide vertegenwoordiger(s)/plaatsvervangend vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van TMVW ov vastgesteld op 17 december 2021, te onderschrijven en haar/zijn (hun) stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de (gemeente)raad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde buitengewone algemene vergadering.
Artikel 3:
Een afschrift van dit besluit zal :
· hetzij per post t.a.v. FARYS | TMVW, Stropstraat 1 te 9000 Gent,
· hetzij per elektronische post, 20211217BAVTMVW@farys.be, gestuurd worden.
Namens Gemeenteraad,
Florian Van de Sompel
Algemeen Directeur
Greet De Roo
Burgemeester-Voorzitter