De Gemeenteraad beslist om navolgend agendapunt bij spoedeisendheid toe te voegen aan de agenda van de Gemeenteraad van 1 juli 2021: 'kennisname en bekrachtiging van de beslissing van de Burgemeester betreffende de vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 1 juli 2021'.
De Burgemeester besliste op 1 juli 2021 om de vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 1 juli 2021 in hybride vorm en in openbare zitting te laten doorgaan in de Zaal voor Sport en Spel. Dit besluit van de Burgemeester dient ter bekrachtiging te worden voorgelegd aan de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn. Dit kan niet uitgesteld worden.
Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen. Tot spoedbehandeling kan alleen worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
Men gaat over tot de publieke stemming en daaruit blijkt dat met eenparigheid van stemmen beslist wordt om dit agendapunt te behandelen.
Enig artikel:
De Gemeenteraad beslist om navolgend agendapunt bij spoedeisendheid toe te voegen aan de agenda van de Gemeenteraad van 1 juli 2021: 'kennisname en bekrachtiging van de beslissing van de Burgemeester betreffende de vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 1 juli 2021'.
De Gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de Burgemeester om de zitting van de Gemeenteraad van 1 juli 2021 in hybride vorm en in openbare zitting te laten doorgaan in de Zaal voor Sport en Spel. De Gemeenteraad bekrachtigt dit besluit van de Burgemeester.
Conform het nieuwe kader en de bijhorende richtlijnen voor vergaderingen van lokale bestuursorganen vanaf september 2020 tijdens de federale fase ter bestrijding van het coronavirus Covid-19, ontwikkeld door het Agentschap Binnenlands Bestuur in samenwerking met de VVSG, nam de burgemeester op 1 juli 2021 een besluit betreffende de zitting van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 1 juli 2021.
De Burgemeester besliste op 1 juli 2021 om de vergadering van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 1 juli 2021 in hybride vorm en in openbare zitting te laten doorgaan in de Zaal voor Sport en Spel.
Een hybride vorm van vergaderen betekent dat bepaalde raadsleden fysiek vergaderen en andere raadsleden die er fysiek niet bij kunnen zijn, digitaal deelnemen (bijvoorbeeld raadsleden in quarantaine of raadsleden die tot risicogroepen behoren).
Dit besluit van de Burgemeester dient ter bekrachtiging te worden voorgelegd aan de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn.
Artikel 1:
De Gemeenteraad neemt kennis van het besluit van de Burgemeester om de zitting van de Gemeenteraad van 1 juli 2021 in hybride vorm en in openbare zitting te laten doorgaan in de Zaal voor Sport en Spel.
Artikel 2:
De Gemeenteraad bekrachtigt dit besluit van de Burgemeester.
De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden stilzwijgend goedgekeurd.
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de Algemeen Directeur opgesteld. Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de Gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend.
De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden stilzwijgend goedgekeurd.
De Gemeenteraad stelt het strategisch meerjarenplan 2020-2025 – aanpassing 3 (deel gemeente) vast.
Het ontwerp van meerjarenplan – aanpassing 3 bevat volgende documenten:
Op voorstel van het College;
Gehoord de leden van de Raad;
zie meerjarenplanaanpassing 3
Artikel 1:
Het strategisch meerjarenplan 2020-2025 – aanpassing 3 (deel gemeente) bestaande uit de strategische nota, financiële nota en toelichting wordt vastgesteld, zoals bijgevoegd in bijlage.
Artikel 2:
De staat van het financieel evenwicht (M2) wordt vastgesteld:
Budgettair resultaat |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Exploitatiesaldo |
1.479.847 |
900.842 |
1.249.899 |
a. Ontvangsten |
6.662.698 |
6.455.948 |
6.499.926 |
b. Uitgaven |
5.182.851 |
5.555.106 |
5.250.027 |
II. Investeringssaldo |
-2.038.131 |
-989.605 |
-3.730.812 |
a. Ontvangsten |
471.688 |
858.368 |
128.368 |
b. Uitgaven |
2.509.819 |
1.847.974 |
3.859.180 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-558.284 |
-88.763 |
-2.480.912 |
IV. Financieringssaldo |
-123.972 |
-140.889 |
1.354.819 |
a. Ontvangsten |
90.689 |
95.302 |
1.595.302 |
b. Uitgaven |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-682.256 |
-229.651 |
-1.126.093 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
3.820.297 |
3.138.041 |
2.908.390 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar |
3.820.297 |
3.138.041 |
2.908.390 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
|
|
|
|
Budgettair resultaat |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Exploitatiesaldo |
1.173.910 |
1.261.833 |
1.330.881 |
a. Ontvangsten |
6.602.719 |
6.732.764 |
6.864.369 |
b. Uitgaven |
5.428.809 |
5.470.931 |
5.533.488 |
II. Investeringssaldo |
-4.065.312 |
-3.744.312 |
-272.812 |
a. Ontvangsten |
370.868 |
128.368 |
128.368 |
b. Uitgaven |
4.436.180 |
3.872.680 |
401.180 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-2.891.401 |
-2.482.479 |
1.058.070 |
IV. Financieringssaldo |
2.327.917 |
1.551.014 |
-653.279 |
a. Ontvangsten |
2.595.302 |
2.095.302 |
95.302 |
b. Uitgaven |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-563.484 |
-931.465 |
404.791 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
1.782.296 |
1.218.812 |
287.347 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar |
1.782.296 |
1.218.812 |
287.347 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
|
|
|
|
|
|
|
|
Autofinancieringsmarge |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Exploitatiesaldo |
1.479.847 |
900.842 |
1.249.899 |
II. Netto periodieke aflossingen |
190.464 |
211.995 |
216.287 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
24.196 |
24.196 |
24.196 |
IV. Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
|
|
|
|
Autofinancieringsmarge |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Exploitatiesaldo |
1.173.910 |
1.261.833 |
1.330.881 |
II. Netto periodieke aflossingen |
243.189 |
520.092 |
724.385 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
24.196 |
24.196 |
24.196 |
IV. Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
|
|
|
|
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
100.182 |
133.566 |
151.065 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
114.478 |
102.625 |
89.418 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
|
|
|
|
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
71.517 |
164.123 |
246.270 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
195.868 |
380.165 |
502.311 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
|
|
|
|
|
|
|
|
Geconsolideerd financieel evenwicht |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Beschikbaar budgettair resultaat |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
Totaal beschikbaar budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
II. Autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
Totale Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
Geconsolideerd financieel evenwicht |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Beschikbaar budgettair resultaat |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
Totaal beschikbaar budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
II. Autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
Totale Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
Artikel 3:
De gewijzigde kredieten voor het boekjaar 2021 worden vastgesteld conform schema M3.
|
Uitgaven |
Ontvangsten |
|
|
|
- Gemeente |
|
|
Exploitatie |
4.523.897 |
6.023.001 |
Investeringen |
1.827.974 |
668.368 |
Financiering |
236.191 |
95.302 |
Leningen en leasings |
236.191 |
71.106 |
Toegestane leningen en betalingsuitstel |
0 |
24.196 |
- OCMW |
|
|
Exploitatie |
1.031.209 |
432.948 |
Investeringen |
20.000 |
190.000 |
|
Artikel 4:
Onderhavig besluit zal ter kennis gebracht worden van de toezichthoudende overheid.
De Gemeenteraad stelt het strategisch meerjarenplan 2020-2025 – aanpassing 3 (deel OCMW zoals vastgesteld door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn dd. 1 juli 2021) - vast.
Het ontwerp van meerjarenplan – aanpassing 3 bevat volgende documenten:
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
Gehoord de leden van de Raad;
zie meerjarenplanaanpassing 3
Artikel 1:
Het strategisch meerjarenplan 2020-2025 – aanpassing 3 (deel OCMW) bestaande uit de strategische nota, financiële nota en toelichting wordt vastgesteld, zoals bijgevoegd in bijlage.
Artikel 2:
De staat van het financieel evenwicht (M2) wordt vastgesteld:
Budgettair resultaat |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Exploitatiesaldo |
1.479.847 |
900.842 |
1.249.899 |
a. Ontvangsten |
6.662.698 |
6.455.948 |
6.499.926 |
b. Uitgaven |
5.182.851 |
5.555.106 |
5.250.027 |
II. Investeringssaldo |
-2.038.131 |
-989.605 |
-3.730.812 |
a. Ontvangsten |
471.688 |
858.368 |
128.368 |
b. Uitgaven |
2.509.819 |
1.847.974 |
3.859.180 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-558.284 |
-88.763 |
-2.480.912 |
IV. Financieringssaldo |
-123.972 |
-140.889 |
1.354.819 |
a. Ontvangsten |
90.689 |
95.302 |
1.595.302 |
b. Uitgaven |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-682.256 |
-229.651 |
-1.126.093 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
3.820.297 |
3.138.041 |
2.908.390 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar |
3.820.297 |
3.138.041 |
2.908.390 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
|
|
|
|
Budgettair resultaat |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Exploitatiesaldo |
1.173.910 |
1.261.833 |
1.330.881 |
a. Ontvangsten |
6.602.719 |
6.732.764 |
6.864.369 |
b. Uitgaven |
5.428.809 |
5.470.931 |
5.533.488 |
II. Investeringssaldo |
-4.065.312 |
-3.744.312 |
-272.812 |
a. Ontvangsten |
370.868 |
128.368 |
128.368 |
b. Uitgaven |
4.436.180 |
3.872.680 |
401.180 |
III. Saldo exploitatie en investeringen |
-2.891.401 |
-2.482.479 |
1.058.070 |
IV. Financieringssaldo |
2.327.917 |
1.551.014 |
-653.279 |
a. Ontvangsten |
2.595.302 |
2.095.302 |
95.302 |
b. Uitgaven |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
-563.484 |
-931.465 |
404.791 |
VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
1.782.296 |
1.218.812 |
287.347 |
a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar |
1.782.296 |
1.218.812 |
287.347 |
VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
|
|
|
|
|
|
|
|
Autofinancieringsmarge |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Exploitatiesaldo |
1.479.847 |
900.842 |
1.249.899 |
II. Netto periodieke aflossingen |
190.464 |
211.995 |
216.287 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
24.196 |
24.196 |
24.196 |
IV. Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
|
|
|
|
Autofinancieringsmarge |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Exploitatiesaldo |
1.173.910 |
1.261.833 |
1.330.881 |
II. Netto periodieke aflossingen |
243.189 |
520.092 |
724.385 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
b. Periodieke terugvordering leningen |
24.196 |
24.196 |
24.196 |
IV. Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
|
|
|
|
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
100.182 |
133.566 |
151.065 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
214.660 |
236.191 |
240.483 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
114.478 |
102.625 |
89.418 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
|
|
|
|
Gecorrigeerde Autofinancieringsmarge |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
II. Correctie op de periodieke aflossingen |
71.517 |
164.123 |
246.270 |
a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen |
267.385 |
544.288 |
748.581 |
b. Gecorrigeerde aflossingen o.b.v. de financiële schulden |
195.868 |
380.165 |
502.311 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
|
|
|
|
|
|
|
|
Geconsolideerd financieel evenwicht |
2020 |
2021 |
2022 |
I. Beschikbaar budgettair resultaat |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
Totaal beschikbaar budgettair resultaat |
3.138.041 |
2.908.390 |
1.782.296 |
II. Autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
Totale Autofinancieringsmarge |
1.289.383 |
688.848 |
1.033.612 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.389.565 |
822.414 |
1.184.677 |
Geconsolideerd financieel evenwicht |
2023 |
2024 |
2025 |
I. Beschikbaar budgettair resultaat |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
Totaal beschikbaar budgettair resultaat |
1.218.812 |
287.347 |
692.138 |
II. Autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
Totale Autofinancieringsmarge |
930.722 |
741.740 |
606.497 |
III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
|
|
|
- Gemeente en OCMW |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge |
1.002.239 |
905.863 |
852.767 |
|
Artikel 3:
De gewijzigde kredieten voor het boekjaar 2021 worden vastgesteld conform schema M3.
|
Uitgaven |
Ontvangsten |
|
|
|
- Gemeente |
|
|
Exploitatie |
4.523.897 |
6.023.001 |
Investeringen |
1.827.974 |
668.368 |
Financiering |
236.191 |
95.302 |
Leningen en leasings |
236.191 |
71.106 |
Toegestane leningen en betalingsuitstel |
0 |
24.196 |
- OCMW |
|
|
Exploitatie |
1.031.209 |
432.948 |
Investeringen |
20.000 |
190.000 |
Artikel 4:
Onderhavig besluit zal ter kennis gebracht worden van de toezichthoudende overheid.
De Gemeenteraad stelt de nominatieve subsidies 2021 - aanpassing 1 vast.
Een nominatieve subsidie is een werkings- of investeringstoelage die niet wordt toegekend op basis van een subsidiereglement. De Raad kent de subsidie dus toe aan een vereniging of een andere derde louter d.m.v. een raadsbeslissing (mits de nodige motivering).
Een nominatieve subsidie wordt uitgevoerd op basis van een dotatiebesluit, overeenkomst, statutaire bepaling of een subsidie aanvraag.
Artikel 1:
De Gemeenteraad kent de nominatieve subsidies 2021 - aanpassing 1 toe volgens het document in bijlage.
Artikel 2:
De Gemeenteraad geeft opdracht aan het College van Burgemeester en Schepenen om de nominatieve subsidies toe te kennen binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in bijlage.
Een nominatieve subsidie wordt uitgevoerd op basis van een dotatiebesluit, overeenkomst, statutaire bepaling of een subsidie aanvraag.
Een subsidieaanvraag wordt ondersteund met facturen, kasverslag, jaarverslag of activiteitenverslag waaruit de financiële vraag duidelijk is.
Na controle kan een nominatieve subsidie uitbetaald worden onder voorbehoud dat het uitvoeren van een nominatieve subsidie een controlerecht inhoudt en dat de nominatieve subsidie deels kan teruggevorderd worden wanneer de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking van de begunstigde, aanvrager.
De Gemeenteraad beslist een volledige vrijstelling van retributie toe te staan aan de taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder voor het jaar 2021.
Op 17 juli 2020 keurde het Vlaams Parlement een decreet goed over tijdelijke noodmaatregelen voor het individueel bezoldigd personenvervoer naar aanleiding van de coronacrisis. Dit decreet maakt het mogelijk om een volledige of gedeeltelijke vrijstelling of teruggave toe te staan van de retributie die de vergunninghouders dienden te betalen voor het werkjaar waarin de civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid is uitgeroepen. Dit nooddecreet bepaalt geen concrete einddatum (einde van de maatregelen) en kan dus ook gelden voor de belasting of retributie van 2021.
Gezien de aanhoudende coronacrisis de taxibedrijven een financieel verlies bezorgde en er bijna geen luchthavenvervoer was in de eerste helft van 2021, lijkt het billijk om een volledige vrijstelling van retributie voor het individueel bezoldigd personenvervoer toe te staan voor het jaar 2021.
Het Schepencollege stelde in 2021 nog geen belastingkohier vast en verklaarde die bijgevolg nog niet uitvoerbaar. Voor de gemeente Ruiselede gaat het over 3 voertuigen (retributie = € 351,44 per voertuig).
2021/GBB/0020-00/7341500/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Enig artikel:
De Gemeenteraad beslist een volledige vrijstelling van retributie toe te staan aan de taxidiensten en diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder voor het jaar 2021.
De Gemeenteraad beslist om de belasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van kermissen voor de grote kermis 2021 vrij te stellen en bijgevolg het standgeld niet te innen.
De kermissen in 2020 en de kleine kermis in 2021 konden niet doorgaan wegens de coronamaatregelen. Dit bezorgde de foorkramers een beduidend financieel inkomstenverlies. Daardoor lijkt het opportuun om het standgeld voor de grote kermis in augustus 2021 niet aan te rekenen aan de foorkramers.
Voor de grote kermis van 2019 werd € 279,00 geïnd.
2021/GBB/0020-00/7360100/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Enig artikel:
De Gemeenteraad beslist om de belasting op het gebruik van het openbaar domein ter gelegenheid van kermissen voor de grote kermis 2021 vrij te stellen en bijgevolg het standgeld niet te innen.
De Gemeenteraad hecht haar goedkeuring aan de samenwerkingsovereenkomst houdende de aanleg van fietsinfrastructuur langs de Bruggesteenweg in het kader van de wegenis- en rioleringswerken 'Collector Doomkerke - 3de fase'.
Het Provinciebestuur van West-Vlaanderen heeft een samenwerkingsovereenkomst opgemaakt voor de aanleg van fietsinfrastructuur langs de Bruggesteenweg, in het kader van de wegenis- en rioleringswerken 'Collector Doomkerke- 3de fase'.
De overeenkomst heeft tot doel de wederzijdse verbintenissen vast te leggen tussen de provincie, de gemeente Ruiselede, de gemeente Wingene, TMVW en Aquafin.
De verbintenissen voor de gemeente Ruiselede zijn de volgende:
Artikel 3 uit de samenwerkingsovereenkomst.
§1. De gemeente Ruiselede treedt, in het kader van de Fietsfondsregeling, op als medefinancier van “De aanleg van rioleringen en fietsinfrastructuur gelegen langs de Bruggesteenweg te Ruiselede – fase 3”. Een kostenraming wordt opgemaakt en ingesloten als bijlage 1, in samenspraak tussen de provincie, de gemeente, TMVW en Aquafin met aanduiding van 1) de kosten inherent aan het project, 2) de kosten voor bijkomende werken en 3) de totaalkost van de werken. De gemeente verzaakt aan de vergoeding bedoeld in artikel 555, derde lid B.W.
§2. De gemeente Ruiselede verleent, in het geval de provincie, de gemeente Wingene, TMVW of Aquafin optreedt als aanbestedende overheid, een bouwrecht op zijn grond aan de provincie voor de aanleg van de in artikel 1 §1 bedoelde infrastructuur. De gemeente Ruiselede verzaakt aan het recht de wegruiming of schadevergoeding te vorderen bedoeld in artikel 555, tweede lid B.W.
§3. De gemeente Ruiselede verbindt zich ertoe om, binnen een termijn (te bepalen in onderling overleg met de provincie), de nodige flankerende maatregelen te nemen en aan te brengen op de gemeentewegen, dit conform start- en projectnota, en desgevallend zoals vermeld in bijlage 2.
§4. De gemeente Ruiselede verbindt zich ertoe om, na de voorlopige oplevering van de werken, het beheer van de in artikel 1 §1 bedoelde nieuwe infrastructuur, gelegen op haar openbaar domein, over te nemen en te onderhouden.
§5. De gemeente Ruiselede verbindt zich er toe om de provinciale kwaliteitseisen inzake ontwerp en techniek te volgen, zoals onder meer vastgelegd in het Vademecum Fiets, de Lichtvisie West-Vlaams platteland, de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater en de Provinciale stedenbouwkundige verordening baangrachten.
§6. De gemeente Ruiselede verbindt zich er toe om, bij verspreiden van informatie naar pers en publiek, melding te maken van de betrokkenheid van het provinciebestuur overeenkomstig het reglement betreffende de provinciale herkenbaarheid (desgevallend zoals vermeld in bijlage 3) bij elke vorm van provinciale subsidie en desgevallend van andere partners die mee-financieren.
De financiële verbintenis waarvan sprake in de samenwerkingsovereenkomst is voorzien onder budgetcode 2021/4.4.2/0200-00/2240007/GEMEENTE/CBS/4.4.2
Enig artikel:
De Gemeenteraad hecht haar goedkeuring aan de samenwerkingsovereenkomst houdende de aanleg van fietsinfrastructuur langs de Bruggesteenweg in het kader van de wegenis- en rioleringswerken 'Collector Doomkerke - 3de fase'.
De Gemeenteraad gaat akkoord met de beëindiging van 'KDV GIS-werking/coördinatie' en de omvorming 'KDV GIS-operatoren' naar 'KDV GIS'.
Sinds 1 januari 2017 maakt Ruiselede gebruik van het aanbod van de WVI om via een kostendelende vereniging (KDV) beroep te kunnen doen op een intergemeentelijke GIS-coördinator voor het uitwerken en het coördineren van het GIS-beleid in de gemeente.
Sinds 1 september 2020 maakt Ruiselede ook gebruik van het aanbod van de WVI om via een kostendelende vereniging (KDV) beroep te kunnen doen op intergemeentelijke GIS-operatoren voor afgebakende, uitvoerende GIS-projecten.
Onder andere naar aanleiding van het vertrek van de intergemeentelijke GIS-coördinator per 1 april 2021 werd op de twee stuurgroepen van de 'KDV GIS-coördinatie' (8 januari 2021 Midwest en 21 januari 2021 andere groep) en op de stuurgroep van de 'KDV GIS-operatoren' van 16 februari 2021, het nieuw concept voor intergemeentelijke GIS-ondersteuning van de WVI toegelicht.
Voordelen:
- Meer flexibiliteit:
- Voor zowel de GIS-coördinatoren als de GIS-operatoren is er nog steeds geen BTW verschuldigd.
De uitgaven voor deze kostendelende vereniging blijven voorzien op 2021/GBB/0190-00/6131010/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1:
De Gemeenteraad gaat akkoord met de stopzetting van de ‘KDV GIS-werking/coördinatie’ van de WVI.
Artikel 2:
De Gemeenteraad gaat akkoord met de omvorming en verbreding van de ‘KDV GIS-operatoren’ van de WVI naar één algemene 'KDV GIS' volgens de voorliggende samenwerkingsovereenkomst.
Artikel 3:
De Gemeenteraad geeft volmacht aan de burgemeester en de algemeen directeur om deze overeenkomst te ondertekenen en een afgevaardigde aan te duiden als lid van de stuurgroep.
Artikel 4:
De jaarlijkse uitgaven voor de 'KDV GIS' blijven ongewijzigd en zijn voorzien op 2021/GBB/0190-00/6131010/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
De Gemeenteraad stelt twee technisch adviseurs IGS Wonen Regio Tielt aan als gemeentelijke vaststellers van inbreuken tegen de APV (uitgezonderd de gemengde inbreuken).
Het algemeen uniform politiereglement politiezone Regio Tielt voorziet in de implementatie van administratieve sancties waarbij de administratieve geldboete na vaststelling door een bevoegd persoon enkel kan worden gevestigd door een sanctionerend ambtenaar door de gemeenteraad aangeduid.
In het goedgekeurde subsidiedossier van IGS Wonen Regio Tielt werden enkele activiteiten aangestipt waarbij er een mogelijke koppeling met een GAS-boete voorzien wordt.
Dit gaat met name over de opvolging van de correcte affichering van huurprijzen en – lasten, alsook over de opvolging van de aanplakking van de burgemeestersbesluiten tot ongeschikt- en/of onbewoonbaar verklaring.
De technisch adviseurs van IGS Wonen Regio Tielt zullen deze activiteiten opvolgen. Het is dan ook wenselijk dat zij desgevallend een bestuurlijk verslag kunnen opmaken daar waar blijkt dat voorafgaande waarschuwing en sensibilisering niet tot het beoogde resultaat leidt.
Door de West-Vlaamse Politieschool werd aan dhr. Youri Samyn en dhr. Sven Heyerick, technisch adviseurs IGS Wonen Regio Tielt, het brevet uitgereikt voor het voldoen van de opleidingsvoorwaarden tot het bekomen van “gemeentelijke vaststeller GAS”.
Gaat over tot de geheime stemming welke de volgende uitslag geeft:
- dhr. Youri Samyn bekomt 15 ja-stemmen
- dhr. Sven Heyerick bekomt 15 ja-stemmen
- Er is 1 blanco stem.
Artikel 1:
Dhr. Youri Samyn en dhr. Sven Heyerick, technisch adviseurs IGS Wonen Regio Tielt worden aangesteld als gemeentelijke vaststellers van inbreuken tegen de APV (uitgezonderd de gemengde inbreuken).
Artikel 2:
Een afschrift van dit reglement wordt toegestuurd aan de coördinator van IGS Wonen Regio Tielt, de sanctionerend ambtenaar, de korpschef van de lokale politie, de Procureur des Konings, de griffier van de rechtbank van eerste aanleg, en de griffie van de politierechtbank van het gebied.
De Gemeenteraad keurt een reglement goed inzake de subsidiëring van het schoolzwemmen georganiseerd door de scholen op het grondgebied Ruiselede.
Decreet basisonderwijs
Kunnen zwemmen behoort tot het pakket basisvaardigheden dat haalbaar en wenselijk wordt geacht voor alle kinderen die de basisschool verlaten. Zoals vele andere motorische vaardigheden leren heel wat kinderen reeds zwemmen buiten schools verband (thuis, vriendenkring, sportclub,...). Zwemmen is immers een specifieke vaardigheid die kinderen, net als vele andere motorische vaardigheden (lopen, fietsen, met een bal gooien,... ) als het ware op een natuurlijke wijze leren, mits een gerichte instructie- en oefenperiode. Het is dan ook belangrijk dat de school haar maatschappelijke opdracht vervult en er voor zorgt dat alle kinderen de kans krijgen om voldoende redzaamheid te ontwikkelen, ook in het water.
De activiteit zwemmen is zowel in de eindtermen voor het gewoon onderwijs als in de ontwikkelingsdoelen buitengewoon onderwijs (type 2) opgenomen.
Artikel 27 van het decreet basisonderwijs bepaalt dat er door de scholen geen bijdragen kunnen gevraagd worden voor kosten die gemaakt worden om een eindterm te realiseren of een ontwikkelingsdoel na te streven. Sinds het schooljaar 2000-2001 heeft elk kind in het lager onderwijs recht op één schooljaar gratis zwemmen. Dit betekent dat het schoolbestuur voor elke leerling gedurende één schooljaar de kosten voor het vervoer naar en van het zwembad en de kosten van de toegangsprijs tot het zwembad draagt.
Schoolbesturen bepalen zelf hoeveel werkingsbudget ze gebruiken om tegemoet te komen aan de kosteloosheid.
Financiële impact
De kostprijs voor het vervoer naar en de toegang tot het zwembad wordt door de school en/of de ouders gedragen.
Om zowel de scholen als de ouders hierin te ondersteunen, wenst het gemeentebestuur tussen te komen in de factuur voor het schoolzwemmen. Dit kadert binnen de beleidsdoelstelling ‘Een beleid uitstippelen waarbij ingezet wordt op de ontwikkeling en de ontspanning van elk individu’ en binnen het Actieplan ‘Binnen het vrijetijdsaanbod staan de ontwikkeling en ontspanning van alle leeftijdsgroepen centraal’.
In zitting van 3 september 1993 stelde de gemeenteraad reeds een reglement vast dat de gemeentelijke tussenkomst voor het schoolzwemmen bepaalde.
Dit reglement is aan een update toe en wordt dan ook herwerkt zodat een grotere uniformiteit ontstaat met andere reglementen inzake de subsidiering van onderwijsinitiatieven. Bovendien dient het reglement ook in overeenstemming gebracht te worden met de geldende boekhoudkundige bepalingen.
Voldoende kredieten worden voorzien op JBR 2021/1.1.5/0870-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN
Artikel 1. – De Gemeenteraad keurt onderstaand reglement goed inzake de subsidiëring van het schoolzwemmen georganiseerd door de scholen op het grondgebied Ruiselede.
Artikel 1.1
De scholen op het grondgebied Ruiselede ontvangen jaarlijks een subsidie voor de organisatie van het schoolzwemmen waarbij de tegemoetkoming de kosten voor de toegang tot het zwembad dekt.
Artikel 1.2
Het schoolbestuur geeft jaarlijks, ten laatste op 15 oktober, aan het gemeentebestuur volgende gegevens door:
Deze gegevens worden voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 1.3
Het Schepencollege heeft het recht om na analyse van deze gegevens bijkomende informatie bij het schoolbestuur op te vragen, een overleg met het schoolbestuur in te plannen of een aanpassing te vragen inzake het aantal zwembeurten of de keuze van het zwembad.
Het Schepencollege voorziet op basis van de ingediende gegevens voldoende kredieten op de daarvoor voorziene beleidsvelden in de gemeentelijke boekhouding voor het volgende werkingsjaar.
Een overschrijding van de kredieten wordt pas toegestaan na overleg met het schoolbestuur. Het College behoudt het recht om niet van de voorziene kredieten af te wijken.
Artikel 1.4
Om van deze toelage te kunnen genieten zal:
Artikel 1.5
De begunstigde is, op straffe van gehele terugbetaling van het ontvangen bedrag, ertoe gehouden de toelage aan te wenden voor de organisatie van het schoolzwemmen, meer specifiek voor de betaling van de toegangsgelden tot het zwembad.
Artikel 1.6
Deze toelage wordt toegekend binnen de voorziene kredieten in het Meerjarenplan.
Artikel 1.7
Het reglement betreffende de tussenkomst in het schoolzwemmen, goedgekeurd door de Gemeenteraad dd. 03/09/1993, wordt opgeheven en vervangen door bovenstaande bepalingen.
Artikel 1.8
Er wordt een overeenkomst opgemaakt tussen de belanghebbende partijen: vzw Vrij Katholiek Basisonderwijs Ruiselede, Pensionaatstraat 23, 8755 enerzijds en Gemeentebestuur Ruiselede, Markt 1, 8755 Ruiselede anderzijds. Deze overeenkomst is voor onbepaalde duur van toepassing en is opzegbaar mits aangetekend schrijven aan de andere partij. Deze overeenkomst heeft een opzegperiode van 1 jaar.
Artikel 2. - Dit reglement treedt onmiddellijk in werking. De gemaakte kosten voor het schoolzwemmen tussen 1 januari 2021 en 1 juli 2021 worden met terugwerkende kracht in aanmerking genomen voor vermelde tussenkomst.
Artikel 3. –Afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan vzw Comité der Vrije Lagere Scholen, Pensionaatstraat 23, 8755 Ruiselede.
Artikel 4. – Deze beslissing wordt binnen de 10 dagen bekend gemaakt via de website van de gemeente zoals bepaald in art. 286 van het Decreet Lokaal Bestuur.
De Gemeenteraad stelt een reglement vast met betrekking tot de voltrekking van huwelijken.
Artikel 165, 1e lid van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat huwelijken voltrokken worden in het gemeentehuis. In afwijking van het 1e lid, kan de gemeenteraad op het grondgebied van de gemeente andere openbare plaatsen met een neutraal karakter, waarvan de gemeente het uitsluitend gebruiksrecht heeft, aanwijzen om huwelijken te voltrekken.
Er wordt voorgesteld om naast het gemeentehuis en het kadastraal perceel waarop het gemeentehuis zich bevindt, ook het gehele park grenzend aan de markt als openbare plaats met neutraal karakter aan te duiden zodat daar huwelijken voltrokken kunnen worden.
De opname van het gehele park zorgt ervoor dat het huwelijk ook in delen van het park, die verder van het gemeentehuis zijn gelegen, voltrokken kan worden wanneer de omstandigheden (vb. bezetting van specifieke delen door tijdelijke of permanente constructies) of de weerssituatie (schaduwplekken) dit vereisen.
De aanwijzing van deze bijkomende huwelijkslocatie is tevens een aanleiding tot de opmaak van een reglement waarin tevens ook de geldende huwelijksmodaliteiten een update hebben gekregen.
Artikel 1
Huwelijken worden voltrokken door de burgemeester, als ambtenaar van de burgerlijke stand. Indien de burgemeester verhinderd is, duidt het Schepencollege een schepen aan die deze functie opneemt.
In geval van verhindering van deze ambtenaar van de burgerlijke stand vervangt de burgemeester of een schepen of een raadslid in de volgorde van hun benoemingen deze tijdelijk.
Artikel 2
De aanvraag voor de opstart van een huwelijksdossier kan vanaf 1 jaar voor de geplande datum.
Artikel 3
De aangifte van het huwelijk gebeurt in de gemeente waar één van de aanstaande echtgenoten ingeschreven is en dit via de Dienst Burgerlijke Stand.
De aangifte van het huwelijk dient minstens 3 weken en ten vroegste 6 maand voor de geplande trouwdatum te gebeuren bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Hierbij kunnen max. 4 getuigen aangeduid worden (geen verplichting).
Artikel 4
Huwelijken kunnen gratis plaatsvinden.
Artikel 5
Huwelijken kunnen voltrokken worden op volgende tijdstippen:
Artikel 7
Huwelijken kunnen voltrokken worden op volgende locaties:
Artikel 8
Na de voltrekking van het huwelijk wordt de huwelijksakte opgemaakt en wordt het huwelijk in het huwelijksregister geregistreerd.
De Gemeenteraad neemt kennis van het rapporteringsverslag inzake organisatiebeheersing en klachtenbehandeling.
Het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat de algemeen directeur aan het college, het vast bureau, de gemeenteraad en de OCMW-raad rapporteert over het organisatiebeheersingssysteem uiterlijk op 30 juni van het daaropvolgende jaar.
Rapportering Kader organisatiebeheersingssysteem 2020-2021
In zitting van 30 juni 2020 keurden de Gemeente- en OCMW-raad een kader goed voor de uitrol van een organisatiebeheersingssysteem voor gemeente en OCMW Ruiselede. Dit kader diende een structuur te vormen waarop gemeente en OCMW Ruiselede konden evolueren naar een moderne, lerende organisatie die ernaar streeft zichzelf continu te verbeteren en haar doelstellingen op een efficiënte en kwaliteitsvolle manier te bereiken.
Binnen dit kader werd ervoor geopteerd om zowel de beleidsopvolging als de organisatiebeheersing op te nemen.
De pijlers van het ‘Kader organisatiebeheersing: lerende organisatie’ waren:
-Beleidsopvolging op basis van de beheers- en beleidscyclus: uitvoering en opvolging van de doelstellingen, actieplannen, acties en bijhorende budgetten die werden opgenomen in het MJP 2020-2025 – taak: MAT en SC/VB
-Analyse van organisatie-brede processen: analyse van de processen binnen de organisatie op basis van de leidraad van Audit Vlaanderen waarbij 10 thema’s worden onderworpen aan een maturiteitsinschatting en een risico-analyse. Op basis van deze resultaten worden verbeteracties geformuleerd die geïntegreerd worden in het MJP.- taak: MAT
-Analyse van kern- of werkprocessen: opmaak van producthandboeken – taak: diensten en MAT
In het kader werden ook de rollen en verantwoordelijkheden verdeeld waarbij zowel leidinggevenden, coördinatoren, diensten als mandatarissen werden opgenomen.
Tijdens de periode juni 2020-juni 2021 werd dit kader slechts gedeeltelijk uitgevoerd. De coronacrisis en de vele lopende projecten zorgden ervoor dat organisatiebeheersing tijdens het voorbije jaar juni 2020-juni 2021 op de achtergrond kwam te staan gezien er voorrang werd gegeven aan enerzijds het controleren van de corona-pandemie en anderzijds de voortgang van het meerjarenplan.
Hoewel de organisatie er aldus niet voldoende in slaagde om de vastgelegde mijlpalen te halen en het organisatiebeheersingssysteem structureel op te volgen en bij te sturen, stond de organisatie het afgelopen jaar steeds open voor continue verbetering in het streven naar een moderne organisatie., getuige hiervan diverse verbeteracties die werden gerealiseerd: er vonden heel wat realisaties plaats met betrekking tot digitalisering, communicatie, dienstverlening en heel wat reglementen werden onder de loep genomen en herwerkt. Verder werd onder begeleiding van C-Smart onder meer een informatieveiligheidsplan 2021-2023 opgesteld en vond een ICT-veiligheidsaudit plaats.
Klachtenrapportage 2020-2021
Hoewel de organisatie periodiek meldingen ontvangt (telefonisch, via email of via de meldingskaart,…) met betrekking tot allerhande thema’s (staat van het wegdek, zwerfvuil, een defect,…) werden er bij de diensten van gemeente en OCMW het voorbije jaar geen formele officïele klachten ontvangen kaderend binnen het Participatiereglement, artikel 6 Klachtenbehandeling, dat werd goedgekeurd door de gemeenteraad en OCMW-raad in zitting van 30 juni 2020. De organisatie ontving in de periode juni 2020-juni 2021 weliswaar een klacht maar deze klacht werd terug ingetrokken en ook bovenlokaal werden twee klachten ingediend maar ook deze maken geen onderdeel uit van het Participatiereglement gezien ze niet bij de eigen diensten werden ingediend. Beiden werden wel afgehandeld.
Planning 2021-2021
In 2021-2022 wordt er naar gestreefd om het MJP verder uit te voeren en het organisatiebeheersingssysteem en informatieveiligheid verder structureel op te volgen en acties te formuleren en uit te voeren.
Enig artikel:
De Gemeenteraad neemt kennis van het rapporteringsverslag inzake organisatiebeheersing en klachtenbehandeling dat als bijlage aan dit besluit wordt gehecht.
Namens Gemeenteraad,
Florian Van de Sompel
Algemeen Directeur
Greet De Roo
Burgemeester-Voorzitter